3 parendoosje
11 parendoosje
32 parendoos
nuancedoos
Kleurenparen en kleurnuance
Kleurspoelen
Er zijn 4 verschillende soorten dozen met kleurspoelen:
- drieparendoosje, rood – geel – blauw
- elfparendoosje: rood, geel, blauw, bruin, grijs, oranje, paars, wit, groen, roze, en zwart
- tweeëndertigparendoos: vier paren met rood, geel, blauw, bruin, grijs, paars, groen, roze. Iedere tint is in 4 nuances.
- de nuancedoos: van bovengenoemde acht tinten elke acht nuancen.
Het doel van de kleurspoelen:
- ontwikkeling van het gezichtsvermogen in het onderscheiden van de diverse kleuren en nuances.
- door het werken met de kleurspoelen wordt de hand opgevoed tot mooie fijne bewegingen (je mag de spoelen alleen aan de witte stukje aan de zijkant vastpakken met één hand.
- de kleurzin wordt ontwikkeld, door de rangschikking van de kleur in kleurencombinatie, bij het zoeken naar variaties.
Introductie van de kleurspoelen in de kring:
Spoeltjes van de drieparendoos op tafel. Doos in de kast. De juf neemt bijvoorbeeld de rode spoel tussen duim en wijsvinger zodat ze de verf niet aanraakt, je bekijkt het en legt het daarna op tafel of op de mat. Dan zoek je dezelfde. Zo doe je dat ook met de andere. leg de paartjes 2 aan 2 onder elkaar. Vraag aan de kinderen wat je gedaan hebt? En vraag of ze goed gezien hebben hoe je de kleurspoelen vastgepakt hebt.
Na het drieparendoosje komt het elfparendoosje. Deze wordt op dezelfde manier aangeboden. Het kan zijn dat deze te moeilijk is, dan haal je enkele moeilijk te onderscheiden kleuren er snel uit.
Na de elfparendoos komt de tweeëndertig parendoos. De spoelen worden steeds op dezelfde manier uit de doos verwijderd, tussen duim en wijsvinger. Bij de tweeëndertig parendoos kunnen de naamlesje gegeven worden van donker naar licht.
Bij de aanbieding van de nuancedoos leggen de kleurtjes van 1 kleur op de mat en we zeggen: ik zoek de donkerste, en welke van degene die overblijven is nu de donkerste, en welke nu? Net zolang we een reeks hebben van licht naar donker. Het is belangrijk dat je een kind aanmoedigt om nog eens goed te kijken als het een fout maakt, maar het is wel de bedoeling dat het kind de fout zelf ontdekt.
Let op: Laat een kind nooit een parendoos maken, en daarna de nuancedoos ernaast! Als de twee dozen door de war raken, heb je er een hele klus aan, om ze weer goed te krijgen.
Oefeningen en spelletjes:
- van de elfparendoos van iedere kleur één uitdelen. De andere spoeltjes hou je bij je in de doos. Haal er eentje uit de doos, en leg ‘m op de mat. Het kind dat dezelfde kleur heeft, staat op en legt ‘m ernaast.
- alle spoelen van de elfparendoos uitdelen. De kinderen die dezelfde kleur hebben gaan bij elkaar staan.
- vier paren van een kleur uit de grote parendoos uitdelen. Kinderen eerst bij elkaar laten staan,, daarna op volgorde van nuance gaan staan.
- van de nuancedoos 1, 2 of 3 rijtjes uitdelen. Kinderen eerst op kleur gaan staan en daarna op reeks.