Woordkaarten

• Gebruik de woordkaarten van dit thema en laat de kinderen ze sorteren. Vraag aan de kinderen waarom deze kaarten bij elkaar horen. Bijvoorbeeld omdat deze dieren groot of juist klein zijn, omdat al die dieren kunnen zwemmen of kunnen vliegen.
• Geef een beschrijving van een woordkaart en laat de kinderen raden om welke kaart het gaat.
• Leg de kaarten neer op een rij en vraag de kinderen goed te kijken. Daarna doen ze hun ogen dicht, je pakt een kaart weg en de kinderen moeten zeggen welke kaart weg is.
• Leg de kaarten neer. Noem 3 of 4 woordkaarten en laat de kinderen de kaarten neerleggen in de volgorde zoals jij het genoemd hebt.
• Sorteer de kaarten op dezelfde beginklank.

Rekenactiviteit

Tellen:

Neem het bestand dierentellen van de downloadspagina. Na het voorlezen beginnen we nog eens in het boek en zetten we streepjes onder de plaatjes van de dieren. Voor elk dier een streepje om aan te geven hoeveel dieren er zijn. Na het streepjes zetten worden ze geteld en zetten we de streepjes om in cijfers.

Bekijk per pagina:

• Van welke dieren zijn het meest? Hoeveel meer?
• Van welke dieren zijn het minst? Hoeveel minder?
• Van welke dieren zijn er evenveel?

 

Speelzaalactiviteiten

Suggestie 1:

De dieren uit het boek “fiet wil rennen” geven Fiet steeds advies over hoe Fiet beter tegen de wind in kan komen. Ze stellen voor om te drijven / zwemmen, kruipen, kronkelen, vliegen, schuilen, te blijven staan. Dit valt natuurlijk qua bewegingen perfect na te doen in de speelzaal. Maak er een bewegingsles van of speel het boek uit in een drama verhaal.

Suggestie 2:

Dirk Scheele en zijn liedjesband heeft een liedje gemaakt met de titel ‘ik loop’.

De tekst gaat zo:

Ik loop, ik loop, ik loop en ik loop,
ik loop nu als een beer, wij lopen als een beer.
Ik stamp, ik stamp, ik stamp en ik stamp.
ik stamp nu als een olifant, wij stampen als een olifant.

ik sluip, ik sluip, ik sluip en ik sluip
en ik sluip nu als een tijger, wij sluipen als een tijger.

Ik spring, ik spring, ik spring en ik spring
en ik spring nu als een kikker, wij springen als een kikker

Ik vlieg, ik vlieg, ik vlieg en ik vlieg,
Ik vlieg nu als een vogel, wij vliegen als een vogel.

Ik ren, ik ren, ik ren en ik ren
en ik ren nu als een paardje, rennen als een paardje, rennen als een paardje.

Ik sta, ik sta, ik sta en ik sta
en ik sta nu als een boom, stilstaan als een boom.

Ik zit, ik zit, ik zit en ik zit
en ik zit nu als een leeuw, (luide geeuw)

tekst: Dirk Scheele
Verkrijgbaar op bol.com
De liedjesspeeltuin cd 4.

Knutselsuggesties

• Print een activiteitenplaat uit van de downloadpagina en versier Fiet door hem mooie sokken te geven.
• De eerste pagina waar Fiet de heuvel op rent is prachtig na te maken. Neem zwart papier en knip van geel papier een berg. Laat de oudste kleuters Fiet zelf knippen en plakken en neem voor de jongste kleuters een activiteitenplaat. Laat ze de lucht versieren met kleine stukjes gescheurd sitspapier. Stempel van witte verf mooie wolken met een sponsje.
• Maak een slakkenspoor n.a.v. de bladzijde van Fiet met de slak. Er staat een blad met een slak op de downloadpagina.
• Knutsel een windvaantje met de kinderen.

Natuuronderwijs

• Praat met de kinderen over de wind, de windrichting, de windkracht etc. Wat doet de wind. Denk aan verspreiden van stuifmeel, windmolens.
• Leer de kinderen wat over struisvogels. Hoe hard ze kunnen lopen, waar ze wonen, hoe groot ze zijn. Het verschil tussen een mannetje en een vrouwtje, de grootte van de eieren etc.