Wij mochten Jacques Vriens interviewen! De afgelopen week kon je vragen insturen van Neerlands eerste kinderboekambassadeur en auteur van de meest fantastische kinderboeken. Jacques heeft flink gezweet op jullie vragen en het is een prachtig interview geworden. Tussen de vragen door heb ik mijn Jacques Vriens boekentips geplaatst. Ik wens jullie veel leesplezier en een hele fijne Kinderboekenweek toe!
foto:Â Jurgen Koopmanschap
Lieve Jacques, wat ontzettend leuk dat je een interview op Juf Sanne wilt geven. Je bent de laatste tijd veel in het nieuws vanwege jouw werk als kinderboekenambassadeur. Je bent aangesteld als allereerste ambassadeur. Hoe bevalt het werk je en is het moeilijk om de allereerste ambassadeur te zijn?
Beste Sanne, wat leuk dat je zo enthousiast bent. Ik vind dat geweldig. In feite ben jij ook een kinderboekenambassadeur. Mij bevalt het heel goed. Ik heb alle ruimte gekregen (van de Stichting Lezen; CPNB en het Nederlandse Letterenfonds) om het op mijn eigen wijze in te vullen. Ik heb voor mezelf bedacht dat ik vooral leerkrachten, ouders en Pabo-studenten wil proberen te bereiken. Daarnaast natuurlijk ook de kinderen, maar die zie ik toch al regelmatig (zeker in deze weken). Ik geef kinderen die niet zo van lezen houden ook vaak tips, hoe ze lezen toch leuk kunnen gaan vinden. Verder wil ik af en toe ook een kritisch geluid laten horen over lezen en de manier waarop dat in ons land al dan niet gepromoot wordt. Maar ik wil zeker ook kritisch kijken naar ‘onszelf’ (ik bedoel de schrijvers). Zo heb ik al een en ander gezegd over het té veel aan kinderboekenprijzen (je ziet door de bomen het bos niet meer) en de vercommercialisering van de Kinderjury.
Lees verder voor de rest van het interview …
Je bent jarenlang in het onderwijs werkzaam geweest. Heb je nog weleens heimwee naar de klas?
Ja natuurlijk, maar ik kreeg het als directeur steeds drukker en kon steeds minder voor de klas staan. Dat was een van de redenen waarom ik (na lang nadenken) besloot om fulltime te gaan schrijven. Maar ik kom nog regelmatig op scholen en dat voelt altijd weer als thuiskomen. Ik zeg er wel eerlijk bij, dat ik natuurlijk een geluksvogel ben. Ik maak alleen de leuke dingen mee. Ik word enthousiast ontvangen en ik mag weer voor de klas staan. Maar ik hoef daarna niet van alles te verwerken in mijn laptop ;-).
  Juf Sanne zegt: ‘Nog één nachtje slapen is echt onmisbaar in een kleutergroep. Met verhalen rond alle belangrijke feesten die we in een jaar vieren zit je gegoten. En extra leuk en eveneens precies de spijker op de kop slaan zijn de verhalen rond Sinterklaas en Kerst. Mieke is best een beetje bang om Sinterklaas een hand te geven. Kleuters vinden dit enorm fijn om te horen!
Wat is in jouw ogen het grootste verschil tussen het onderwijs van nu en toen jij nog voor de klas stond?
Ik denk, eerlijk gezegd, dat er wat de kinderen betreft niet zoveel veranderd is. Een goede leerkracht kan nog steeds ‘lezen en schrijven’ met zijn/haar groep. Natuurlijk krijgen kinderen tegenwoordig veel meer prikkels en moet je als leerkracht heel wat in je mars hebben om een klas te boeien. Maar dat maakt het vak ook tot een uitdaging, vind ik. Ik zie alleen wel dat de druk op leerkrachten steeds groter wordt, vooral door de toets- en testgekte en het ‘opbrengstgericht leren’.
Natuurlijk moet je regelmatig toetsen, dat deed ik natuurlijk ook. Maar doordat nu zo’n beetje alles wordt getoetst, ben ik bang dat leerkrachten steeds minder écht gaan kijken naar kinderen. Toetsen zijn een hulpmiddel, maar er is zoveel meer.
Je kunt ook eindeloos etiketten op kinderen plakken, maar je kunt er ook voor kiezen om eerst zélf goed te kijken naar een kind en te bedenken wat je zelf zou kunnen betekenen. Ik vind dat leerkrachten creatief moeten zijn.  Ik bedoel niet eens zo zeer dat ze goed moeten kunnen tekenen of zingen (is natuurlijk wel mooi meegenomen), maar ze moeten vooral creatief kunnen omgaan met pedagogische en didactische situaties (net als Meester Jaap).Â
(ik ben overigens wel jaloers op al die digitale schoolborden. Ik liep vroeger eindeloos te slepen met de diaprojector; de overhead en de ‘kar’ met de video erop. Wat had ik graag zo’n bord in mijn klas gehad!))
Juf Sanne zegt: ‘Steffie en de mislukte inbrekers’ is het nieuwste boek van Jacques. Je kunt mijn recensie hier lezen. Bovenal is het echt weer een heerlijk Jacques Vriens boek. Het voelt als thuiskomen. Heerlijke en herkenbare schrijfstijl, grappig en ook lekker spannend. Super boek om in de klas voor te lezen.
Vraag van Lotte Schepers:
Wat is het belangrijkste dat u in het onderwijs geleerd heeft en wat zou u als tip aan alle leerkrachten mee willen geven?
Beste Lotte,
Kijk vooral goed naar kinderen. Observeer, luister, verdiep in hun achtergrond. Plak niet meteen een etiket. Laat je niet gek maken door de toets- en testmaffia. Probeer creatief te zijn. Net als Meester Jaap. Ga creatief om met pedagogische- en didactische  situaties. Ik heb een paar jaar geleden een boekje geschreven met als Titel: is de klas nog wel zo gelukkig ? Van Theo Thijssen tot Meester Jaap. Hierin heb ik veel eigen ervaringen verwerkt. Successen maar ook mislukkingen. En ik heb mijn visie gegeven op de huidige ontwikkelingen. Het is een uitgave van Van Holkema en Warendorf, Houten.
Hartelijke groet, Jacques
Vraag van Sharona van Zoghel:
Mijn favoriete personage uit uw boeken is Meester Jaap. Een meester die met alles om kan gaan, overal een leuke, aparte maar werkende oplossing voor heeft en een super band met de kinderen heeft. Bij elk nieuw Meester Jaap verhaal haal ik weer nieuwe inspiratie voor mijn eigen juf-kwaliteiten uit. Mijn vraag aan u is dan ook, was u een Meester zoals Meester Jaap? En waar haalde u uw inspiratie vandaan om op deze wijze met de kinderen om te gaan?
Juf Sanne zegt:Â Onweerstaanbaar zijn de boeken van Meester Jaap. Herkenbaar, grappig en zeer geschikt om voor te lezen in de klas. De kinderen zullen ervan smullen!
Beste Sharona,
Dank voor je aardige woorden over meester Jaap. Ik heb inderdaad veel van mijn eigen ervaringen gebruikt in de verhalen. Ik probeerde, net als Jaap, creatief om te gaan met situaties in de groep. Probeerde dingen vaak op te lossen met humor of door er een rare draai aan iets te geven. Soms confronteerde ik kinderen met hun gedrag door ze te laten zien wat de consequenties kunnen zijn. Ik kon ook best ontploffen hoor, net als Jaap. En ik probeerde eerlijk te zijn naar de kinderen en mezelf, als dat zo uitkwam, kwetsbaar op te stellen. Als kinderen dat ervaren, dan durven ze zelf ook kwetsbaar en eerlijk te zijn.
Ik vind dat kinderen zich veilig moeten voelen op school en dat je ze allereerst vooral moet laten ontdekken waar ze goed in zijn, om vanuit dat gevoel de zaken aan te pakken waar ze moeite mee hebben. Ze moeten vertrouwen hebben in de leerkracht en weten dat als ze in de verdrukking komen in de groep er iemand is die het voor ze opneemt. Maar ik heb ook wel getwijfeld hoor, net als Jaap. Misschien is dat wel het belangrijkste: ik heb nooit het gevoel gehad van ‘ik ben de ideale meester’. Zolang je twijfelt, blijf je nadenken over je vak. En dat is goed.
Hartelijke groet, Jacques
Vragen van Meester Tim Geers  (www.meestertim.nl)
Wat is uw favoriete kinderboek en wat is uw eigen favoriete schrijver/schrijfster?
Lastig om te kiezen, beste meester Tim. Ik schrijf nooit zomaar een boek. Ik zeg wel eens: ‘Een boek zit eerst in mijn hart en wordt dan een verhaal’. Ervaringen uit mijn eigen jeugd; met mijn (klein-)kinderen en natuurlijk mijn klassen. Maar het kan ook een onderwerp zijn dat me raakt. Ik houd erg van geschiedenis en bijv. kathedralen b intrigeren mij van jongs af aan heel erg. (Ik woonde als kleuter en Den Bosch en wij ‘kerkten’ in de St. Jan. Ik was als kleuter diep onder de indruk van dat gigantische gebouw). Daarom wilde ik een boek als ‘Strijd om de kathedraal’ al jaren schrijven. Dat is nu dus gelukt. Al mijn boeken zijn voor mij bijzonder, maar ik moet toegeven dat Achtste-groepers huilen niet extra bijzonder is, omdat het verhaal heel dichtbij me staat.
Mijn eigen favoriete schrijver is nog altijd Paul Biegel. Ik vind boeken als ‘Het Sleutelkruid’, ‘De Rover Hoepsika’ of ‘Nachtverhaal’Â nog steeds prachtig van taal, vol humor en verrassend.
Juf Sanne zegt:Â Naast het feit dat het boek ontzettend spannend en leuk is om voor te lezen in je klas, geeft het de lezer ook ontzettend veel historische informatie. Met dit boek kun je meer doen met je groep. Opzoeken van meer gegevens aan de hand van het boek of wellicht een bezoek aan de St. Jan in Den Bosch.
Als u nu nog meester zou zijn.. welk vak zou voor u bovenaan het curriculum komen en waarom?
Geschiedenis en plezier in lezen.
Voor al die kinderen die graag schrijver zouden willen worden, wat is uw ultieme tip?
Ik heb op mijn site allerlei schrijftips gezet. Maar de ultieme? Kinderen zeggen vaak: ‘Ik schrijf ook een verhaal of een boek, maar ik weet niet hoe ik verder moet.’
Tip: denk na over het einde, voor je begint. Dan weet je in elk geval waar je heen wilt. Dat einde kan tijdens het schrijven nog drie keer veranderen, maar om te beginnen is het heel handig.
U gaat zelf meespelen in de film Oorlogsgeheimen, heeft u daar lang over getwijfeld?
Helemaal niet. Ik ben dol op toneelspelen (ik heb ook twee voorstellingen), dus toen Dennis Bots (de regisseur) vroeg: ‘Wil je een klein rolletje?’, riep ik meteen: ‘JA!!!!’
En heeft u meegeschreven aan het script? Zo niet, is dat dan niet raar?
Karen van Holst Pellekaan maakte het script. Zij is een van de beste mensen daarvoor, in ons land. Ze deed ook Achtste-groepers huilen niet. Het schrijven van een filmscript is echt een vak apart. Ik heb wel veel met haar gepraat en ze heeft een paar dagen bij ons gelogeerd, hier in Zuid-Limburg. Ik heb haar de plekken laten zien die mij inspireerde. Daar heeft ze veel aan gehad. Tijdens het schrijven heb ik mee kunnen lezen en steeds overleg gehad. Het is een prima script geworden. Ze volgt het boek grotendeels maar heeft de relatie tussen Tuur en Lambert (zoontje NSB-burgemeester) verder uitgediept.
Juf Sanne zegt: Prachtig, ontroerend boek. Het leest goed voor maar neem zeker de tijd om na elk hoofdstuk  te na te bespreken met de kinderen. Echt een boek voor de bovenbouw.
U schrijft boeken voor jonge en oudere kinderen? Waarin zit voor u het grootste verschil of verschillen?
Ik vind de afwisseling leuk. Als directeur ging ik regelmatig een uurtje bij de kleuters zitten, omdat ik me steeds meer realiseerde dat hetgeen in groep 1 en 2 gebeurt van groot belang is.
Als ik nu schrijf, zie ik altijd de groep voor me waarvoor ik schrijf. Alsof ik in de kring zit met groep 7 of een groep 2. Dat helpt mij heel erg om de juiste toon te vinden.
Op welk boek bent u het meest trots?
Oef! Het makkelijkste is: op alle boeken! Maar dat is flauw. Maar in zoverre waar, dat ik een boek pas aan mijn uitgever geef, als ik tevreden ben. (Nou ja, bijna tevreden, want helemaal lukt nooit). Maar misschien is mijn boek Weg uit de Peel wel een goede titel.  Dat was mijn eerste historische kinderboek en dus spannend om te kijken of ik dat zou kunnen. Geschiedenis was altijd een favoriet vak van mij (ook als meester: veel vertellen) en ik wilde al jaren een historisch kinderboekschrijven.
Vraag van de biebmoeders uit Noordwijk:
Meneer Vriens, wilt u bij ons een keertje komen voorlezen in de schoolbieb? Dat lijkt ons reuze gezellig!
Dag Biebmoeders, wat een lieve vraag. Ik heb het nogal druk (geen smoesje), maar meestal krijg ik de aanvragen via de stichting School Schrijvers Samenleving (www.sss.nl ). Via hen regel ik mijn schoolbezoeken. Hartelijke groet en in elk geval fijn dat jullie een schoolbieb hebben. Het is hartstikke belangrijk dat boeken binnen handbereik zijn voor kinderen.
Juf Sanne zegt:Â Ik las dit boek voor het eerst toen ik op de PABO zat. Het was toen net uit en het is het eerste boek waarbij ik ooit heb gehuild. Dit boek is fantastisch, een must read!
Vraag van Bianca Oldenbeuving (www.lespakket.net) en haar dochter:
Dochter (7) zou graag willen weten wat u het leukst vindt aan het schrijven van boeken.
Dag dochter van 7! Ik speelde vroeger al veel toneel (in het zaaltje van het hotel van mijn ouders). Kijk maar eens op mijn website www.jacquesvriens.nl. Als ik nu schrijf , zit ik eigenlijk ook toneel te spelen achter mijn bureau. Ik speel alle rollen uit mijn boeken en zeg vaak hardop, wat mijn hoofdpersonen zeggen. Als mijn vrouw langs mijn werkkamer loopt en ze hoort mijn parten, dan weet ze dat ik schrijf!. Daarom vind ik schrijven zo leuk. Ik zie het helemaal voor me en speel alle rollen uit mijn boeken.
Ikzelf zou graag willen weten wat nou het leukste is aan het schrijvers-vak: het daadwerkelijke schrijven, of meer het promoten van een boek aan de lezers?
Dag Bianca, Ik vind de afwisseling leuk. Schrijven, maar ook op het toneel staan met mijn voorstellingen rondom mijn boeken of op een school of in een boekhandel er iets over te vertellen. Nu, in de kinderboekenweek, ben ik veel op pad. Ik vind dat heerlijk, maar denk ook: over en veertien dagen weer een weekje niks en dan ga ik weer lekker schrijven! Na een weekje schrijven denk ik: zo nu wil ik wel weer een dagje voor de klas of het toneel op!
Juf Sanne zegt: De bende van de Korenwolf leest lekker vlot en is met de kindertaal erin een hip boek te noemen. Niet voor niets waanzinnig populair bij veel kinderen en eveneens een goede voorleestip.
Meester Richard en zijn klas vragen:
Ik stuur u dit bericht namens groep 6 van de Wilhelminaschool. Alle leerlingen zijn helemaal zot van De bende van de Korenwolf en Meester Jaap. Dit is de vraag die ik namens mijn klas mag stellen. Wat is uw favoriete personage, uit welk boek komt deze en waarom?
Hoi groep 6 van de Wilhelmina school. Wat een leuke vraag! Ik houd van alle kinderen uit mijn boeken even veel hoor, maar als ik echt moet kiezen dan kies ik voor Pepijn en Joost uit De Bende van de Korenwolf. Dat komt omdat die erg op mijn eigen kinderen lijken, toen ze net zo oud waren. Mijn oudste zoon Boris  liep, toen hij veertien was, er net zo bij als Pepijn. Groene haren, lange zwarte jas, en grote kistjes aan zijn voeten. Hij kon ook heel stoer doen, maar was (en is) heel aardig, als het er op aan komt. Joost lijkt heel erg op mijn jongste zoon Casper. Die bouwde ook alarmen op zijn kamerdeur en liet heel vaak alle stoppen doorslaan. Als we op school (mijn zonen zaten bij mij op school toen ik nog directeur was) toneel deden, zorgde Casper ook altijd voor het licht, net als Joost. Grappig is dat hij nu ook in het theater werkt als hoofd van de techniek.
Een ander iemand uit een boek die natuurlijk ook bijzonder is, is Akkie uit Achtste-groepers huilen niet.  Dat komt natuurlijk , omdat zij echt bij mij in de klas heeft gezeten. Hartelijke groet, Jacques.
Dat was het interview met Jacques Vriens! Mocht je meer willen weten over Jacques? Bezoek dan zeker zijn website. Hier is veel informatie te vinden, ook over de toneelvoorstellingen die Jacques geeft. Jacques is ook te vinden op Twitter en Facebook.
Lieve Jacques, heel erg bedankt voor dit geweldig leuk interview! Meester Richard en zijn groep 6, Meester Tim en Bianca Oldenbeuving zijn uitgekozen als winnaar van het boek ‘Steffie en de mislukte inbrekers’.
Volgende maand interviewen we weer een auteur. Houd de site in de gaten.